Lier, Begijnhof huisnamen
Collectie
Archief Lier - BeeldbankInventarisnummer
SLI001022553Beschrijving
DE WYNGAERT DES HEEREN (St.-Margaretastraat 6). ;Naar het Bijbels gezegde: 'Arbeiden in de Wijngaard des Heren'. Een begijnhof werd symbolisch als een Wijngaard des Heren voorgesteld of hiermee vergeleken. Hierbij wordt aan de Ps. LXXXIX, 15 herinnerd: 'O God, van uit de hemel zie op ons neder en aanschouw en bezoek dezen wijngaard'. Een latijnse oorkonde van 4 juli 1274, ter bescherming van het Lierse Begijnhof, door Jan I, hertog van Lotrijk en Brabant, vangt aan met de woorden: 'Ne vulpes effodiant vineam Domini' of m.a.w. 'Opdat de vossen de Wijngaard des Heren niet zouden verwoesten'; met de vossen bedoelde men destijds de ketters.In 1672 was de Wyngaert des Heeren bewoond door Catharina Schats of Schatten. In 1695 werd Elisabeth Schatten genoteerd. Hoogst waarschijnlijk waren beide begijntjes verwant aan Joannes Schatten, ° Antwerpen en pastoor van het Begijnhof (1666-1674). Een zekere Gaspar Schatten werd op 22-4-1675 eigenaar van 'den Nieuwen Hoff' aan de Begijnhofstraat, thans de huizenrij rechts van de straat tegenover de Begijnhofmuur, vanaf de Kan. Davidlaan tot tegen de stadswandeling. In 1748 woonde er Catharina Taymans, ° Boechout, geprofest op 24-10-1723; samen met nog twee inwonende personen, terwijl het huis 5 'aertsteden' telde.
Op 20-5-1763 werd de Wyngaert des Heeren verkocht 'voor 't leven' aan twee begijnen : Maria Elisabeth Matheyssens, ° Antwerpen, geprofest op 6-7-1749 en Anna Maria van der Stappen, insgelijks ° Antwerpen, geprofest op 25-8-1760, + 7-2-1814; dochter van Jean en Helena Lauwers. Beide begijnen resideerden er nog in 1800. Na hun overlijden werd het huis eigendom van Gast- en Godshuizen. In 1816 werd de Wyngaert des Heeren bewoond door Jouf. Van Parijs, kosteresse, die vanwege Gast- en Godshuizen het huis 'gratis in gebruyk' had.
;Bron: Het Lierse Begijnhof (1974), Jos Mortelmans en Victor Verheyen.