Lier, Dr. August Laporta

Lier, Dr. August Laporta

Inventarisnummer
SLI001001424

Beschrijving
Dr. August Laporta, arts en studentenleider (Lier 29 maart 1864- Lier 29 mei 1919). Hij studeerde van 1875 tot '81 aan het Klein Seminarie te Hoogstraten en promoveerde in februari 1889 te Leuven tot arts.
Daarnaast vestigde hij zich als huisarts te Lier. Tijdens de Eerste Wereldoorlog verbleef hij met zijn familie te Lincoln in Engeland en kort na zijn terugkeer te Lier overleed hij.
Laporta heeft een belangrijke rol gespeeld in de studentenbeweging van het aartsbisdom Mechelen vóór 1914. Als leerling was hij in 1878 medestichter van de Hoogstraatse collegebond De Vlaamsche Jongens en stond hij in contact met de Mechelse seminaristen Frans Dijvers en Gustaaf Janssens, die het plan hadden opgevat om een algemeen studententijdschrift voor het aartsbisdom uit te geven. De Student verscheen in 1881. Vanaf 1882 nam Laporta als tweedejaarsstudent de leiding van het tijdschrift over; hij zou deze functie behouden tot 1914.
Ook in de Leuvense universiteit zette Laporta zich in voor de Vlaamse studentenbeweging. Hij was aangesloten bij het Geneeskundig Genootschap en bij Met Tijd en Vlijt, waarvan hij van 1884 tot '89 bestuurslid was. Hij werkte in 1886 mee aan de oprichting van de Strijdersbond, was hiervan in 1888 voorzitter en werd dat jaar medewerker van het pas gestichte studententijdschrift Ons Leuven.;Het ontstaan van het jongenspatronaat of het zondagskranske en de rol van Dr. August Laporte.;Op 2 juni 1886 vernam de jonge August Laporta (22 j.), student in de geneeskunde te Leuven, ook volop actief hier in de schoolaktie, dat er te Lier sprake was van een Katholieke Jonge Wacht te stichten. Hij voelde daar niet veel voor en raadde dat af bij zijn vrienden. Hij vond dat er niet te veel organismen mochten gesticht worden. Hij dacht inderdaad op de eerste plaats aan de stichting van een patronaat! Ook diezelfde dag ontving hij te Leuven nog een brief uit Lier, met het nieuws dat het domein Duysters definitief eigendom was geworden van Deken Maes. Dat betekende voor Laporta een droom die werkelijkheid werd. Nu zou hij zeker dat project niet lossen. Hij bezocht reeds op 6 juni (dus 4 dagen nadien) de Patronage te Leuven en maakte een omstandig verslag over dat bezoek. Op 2 juli (dus een maand later) kwam hij op een vergadering van het St.-Vincentius-Genootschap zijn plannen en ontwerpen voorstellen en verdedigen, om binnen de kortste tijd een patronage in te richten. Op zijn aandringen werd er besloten zonder uitstel dit project uit te werken, reeds "voorlopig" te beginnen in de bewaarschool van de Schoolstraat nr. 23, onmiddellijk het nodige geld in te zamelen om een tweede lokaal te vinden en dit gebruiksklaar te maken om er definitief te starten. Hij stelde een reglement op voor de patronage van "Het Sint-Jozefskranske, Genootschap voor Jongelingen". Dit reglement werd als brochure gedrukt en op 3 augustus 1886 aangenomen en verspreid. De inwijding ging door op 17 oktober 1886 met een feestelijk programma, gespreid over vier dagen ...: kanonschoten in de speelhof van de Schoolstraat, verlichting en vuurwerk ... Een nieuwe maatschappij werd gesticht: "De Katholieke Volkspenning" die geld moest inzamelen aan de kerkdeuren ten voordele van het patronaat, dat voor doel had "de jongelingen goede en gezonde ontspanning te bezorgen". Het Zondagskranske was gesticht. Dr. August Laporta heeft de stoot gegeven tot de uitwerking van dit project op een minimum van tijd : amper 4 maanden. Er werden vier klaroenen aangekocht en drie trommels en er werd een Vlaamse Kermis ingericht. Het was nu het moment, want het schaap was in huis, maar het moest nog betaald geraken. Op 28 februari 1888 werd er vergaderd om de plannen te bespreken voor het bouwen van de zalen voor "ons Zondagskranske". Dat floreerde: er waren 340 jongens ingeschreven. En op 14 oktober 1890 ging de feestelijke inwijding door van de nieuwgebouwde lokalen. Wij krijgen de indruk dat zulke grootse ondernemingen vroeger, in de ouwe tijd, veel sneller van de hand gingen dan nu, in onze gemechaniseerde, moderne tijd.;De figuur van Dr. August Laporta (1864-1919);Dr. Laporta was een stuwende kracht, spijts zijn wankele gezondheidstoestand. Hij staat bijzonder gekend als de vader van de Katholieke Vlaamse Studenten en was tevens stichtend secretaris van onze Lierse Studentengilde "Hoger op". Maar daar bleef het niet bij. Hij was uitermate sociaal ingesteld en spande zich in om te Lier een echtgemeende samenwerking tot stand te brengen op het sociale, christelijke en ook op het politieke vlak.Op 18 januari 1895 deed hij een voorstel om inniger voeling in het leven te roepen tussen enerzijds de oude en behoudsgezinde, conservatieve vereniging (de Associatie van De Valk) en anderzijds de overige katholieken uit de volkse maatschappijen van de stad. Gelet op de bedrijvigheid van de socialisten die zich in het parlement en in heel het land lieten gelden, was een nieuwe kijk op de maatschappelijke verhoudingen noodzakelijk. Hij was de eerste te Lier die het aandurfde zich in te zetten om een sociale barrière te helpen doorbreken, niet met geweld, maar ingevolge zijn persoonlijke, eenvoudige ingesteldheid en zijn zorg om de achterblijvers, de armen en noodlijdenden te helpen. In die geest van samenwerking konden de leden van het Kranske meteen in een afdeling worden opgenomen. Een zeer gezonde blik in de toekomst, zeker op dat moment. Wij mogen niet vergeten: in 1891 verscheen de wereldberoemde encycliek "Rerum Novarum" van Paus Leo XIII. Dat feit ging zeker niet ongezien voorbij in de katholieke gemeenschap van toen. Al de bestuursleden van het Kranske waren mensen met een zelfde ideaal bezield, uit alle klassen en rangen, ook uit de meest vooraanstaande families die wat te betekenen hadden voor de Lierse bevolking en die heel wat achter zich hadden. Op te merken valt: de erkenning en inmenging van het Kranske in heel het sociaal, godsdienstig, cultureel en zelfs in het politieke leven van de stad. De jonge Dr. Laporta werd voorzitter van "Nut en Vermaak", medestichter in 1909 van de Turn- en Sportvereniging Lyra, voorzitter van het Davidsfonds, afdeling Lier. Hij was de spil van de katholieke werkliedenbeweging en een der pioniers van de sociale actie hier ter plaatse, de bezieler van de werking van het Sint-Vincentiusgenootschap, van de Sobriëtas-aktie, de drankbestrijding (het alcohol-misbruik was destijds een sociale plaag, zeker in de middens van de arbeidende klasse). Hij was ook de stichter van het Sint-Jozefspatronaat!;Bron: Het boek 'Honderd jaar Kranske 1886-1986'.
Objecttype
foto


Deze website maakt gebruik van cookies Accepteer. Hier vindt u meer informatie over wat dat precies inhoudt. Lees meer