Berlaar-Heikant, duivensport, 1959
Inventarisnummer
KK_EGD2013_166Beschrijving
Marcel Dillen met één van zijn duiven in 1959.;In de familie Dillen wordt de liefde voor het duivenspel al generaties van vader op zoon doorgegeven. Zo had Felix Dillen (°Olmen, 1840) al een hok onder de pannen. Marcel Dillen kreeg in 1936 als achtjarige een duivenhokje met een koppeltje duiven van zijn vader. Hij was 70 jaar duivenmelker, 10 jaar voorzitter van duivenbond Verbroedering Berlaar-Heikant en 22 jaar ondervoorzitter van de scheidsraad van de K.B.D.B.;Marcel Dillen over het ontstaan van het duivenspel op de Hei: “Bijna huis voor huis stond er een kotje met smieren (duivinnen) op het hof. De geburen begonnen ondereen te stoeffe: die van mij die vliegen veel rond - ik hem die van mij al een poor keere goon losloote tot oon Jef Heyle en ze zen zo rap thoos gelijk ikke - wel begot da gennek ook is doen … En van het een kwam het ander. Toen er nog een paar zo ver waren werd er een man gevonden die voor een paar pinten de smieren van de geburen met de keurrewage wegbracht tot aan de Bredestraat (Putte). Deze die ze eerst zagen vallen , was gewonnen en moest die dag niets verteren. Hij mocht die dag zo mee drinken. Men was het natuurlijk niet altijd eens over de uitslag, maar ten slotte besliste de meerderheid welke eerst was.”