Lier, Begijnhof
Collectie
Archief Lier - BeeldbankInventarisnummer
SLI001022557Beschrijving
Kanthuisje Sint-Michiel.;De kantkring is gevestigd in een van de authentieke huisjes van het begijnhof met de naam Sint-Michiel (zie beschrijving hieronder). Oud-leerlingen van de Lierse Academie voor Schone Kunsten beoefenen hier de alomgekende Lierse Kant en ook het Parelwerk. Lierse Kant heeft de naam de moeilijkste te maken zijn van alle kantsoorten, omdat een fijne oog-handcoördinatie vereist zijn voor het aanbrengen van de tekeningen met de ragfijne katoendraad.;SINT-MICHIEL (Hellestraat 4).;H. Michaël, van het Hebreeuws 'Wie is als God ?', aartsengel, overwinnaar van Lucifer, beschermheilige van de R.-K. Kerk wordt meestal voorgesteld als engel met vlammend zwaard op de overwonnen draak. De volkse benaming Sint-Michiel is in onze streken op vele wijzen vervormd : Chiel, Giel, Machiel, wat tot het ontstaan van meerdere familienamen leidde : Michiels, Michielsen en ook wel Gielis. Als oudst bekende bewoner van Sint-Michiel dient ca. 1672 Cornelia van Praet vernoemd. Op de grafsteen in de Sint-Margaretakerk vermeldt men eveneens Magdalena van Praet, haere suster, + 16-3-1671. Ongetwijfeld behoorden deze twee gezusters tot de bekende en adellijke familie 'Ridder van Praet', Antwerpen. In 1728 noteerde men hier Joanna Maria Ceulemans, ° Antwerpen, 24 j. oud geprofest op 10-9-1702, + 1-1-1764, dochter van Martinus en Catharina van Hoppen.
Bij de Nationale Verkoop in 1798 was Sint-Michiel bewoond door Jouf. De Preter. Het huis werd hierbij aangewezen als palend : Oost: Loensdorf (Maria Lijnsdorf, eigenares-qebruikster van Sint-Franciscus), Zuid: Rempart (vest), West: Anna Catharina De Winter (gebruikster van Sint-Barbara), Noord: aan de Ellestraat. Dank zii de begijnen Anna Elisabeth van Isschot en Petronella Godeyn is Sint-Michiel op 16-8-1822 opnieuw eigendom geworden van het Begijnhofbestuur.
;Bron: Het Lierse Begijnhof (1974), Jos Mortelmans en Victor Verheyen.